Die van IS zijn niet de enige bruten, hoor (de standaard.be nieuws)
Walter Zinzen
Het is een
ironische speling van de geschiedenis dat honderd jaar na de Eerste
Wereldoorlog het Belgische leger onder het politieke gezag staat van een
Vlaams-nationalist. Het is tragisch dat hij samen met zijn partij de boodschap
van de Vlaamse IJzersoldaten vergeten is: ‘Nooit meer oorlog’. Minister van
Defensie Steven Vandeput (N-VA) stuurt met groot enthousiasme Belgische bommen
naar Irak en nu ook naar Syrië. Beter kan de kracht van verandering, vooral dan
die van het Vlaams-nationalisme, niet worden aangetoond.
Maar er is
meer aan de hand: het beleid van Vandeput wijkt grondig af van dat van zijn
voorgangers. Onder PS’er André Flahaut en CD&V’er Pieter De Crem (toch ook
al smalend minister van Oorlog genoemd) vervulde het Belgische leger nog
humanitaire en succesrijke opdrachten in onze oud-kolonie. ‘Onze jongens’ en
hun vliegtuigen stonden altijd klaar om hulp- en ontwikkelingsorganisaties te
hulp te schieten. Maar vooral: Belgische militairen leidden Congolese collega’s
op. In Oost-Congo slaagt het regeringsleger er maar niet in de naar schatting
zestig tot zeventig milities te ontwapenen die daar brandschattend rondtrekken.
De weinige successen die geboekt werden, waren het werk van eenheden die door
Belgen waren opgeleid. Bovendien waren die eenheden geliefd door de bevolking
omdat ze zich fatsoenlijk gedroegen. Een heel nieuw gegeven, met dank aan de
Belgen.
Dreigingsniveau
10
Vandeput
heeft aan al dat moois een eind gemaakt. Al in het begin van zijn ambtsperiode
gaf hij te kennen dat Centraal-Afrika hem niet interesseert. De focus moest
naar het Midden-Oosten worden verlegd. Want daar moet IS bestreden worden. In
Congo daarentegen is van IS geen spoor te bekennen. Maar de bevolking in het
Oosten, grotendeels vreedzame boeren, lijdt er wel degelijk al twintig jaar
lang onder terreur. Echte terreur, geen dreiging. Geen niveau 4, maar niveau
10.
Een
Congolese vriend meldde onlangs dat hij ’s ochtends nooit weet of hij ’s avonds
nog zal leven. Dag na dag delen tienduizenden mensen die vrees. Dag na dag
wordt er gemoord, verkracht, geplunderd, brand gesticht. De daders lezen niet
voor uit de Koran en beroepen zich niet op Allah, dat is waar. Bovendien
blijven de tienduizenden vluchtelingen netjes in eigen streek en komen ze ons
niet lastigvallen.
Is het dan
allemaal niet zo erg?
Ons land
heeft een substantiële bijdrage geleverd om de situatie voor de bevolking
enigszins te verbeteren. Nu dus niet meer. Moeten de Congolezen het dan zelf
maar uitzoeken?
Dat kunnen
ze helaas niet. En al helemaal niet in de huidige politieke situatie die in
heel Congo razendsnel verslechtert. President Joseph Kabila moet volgens de
grondwet eind dit jaar aftreden. Dat is hij geenszins van plan. Allerlei
burgerorganisaties komen vreedzaam op voor democratie en respect voor de
grondwet. Slecht bekomt het hen. Hun leden worden gearresteerd, vaak gemarteld,
door corrupte rechters tot onzinnige gevangenisstraffen veroordeeld en soms
zelfs vermoord. Betogingen van de oppositie worden verboden, een verbod dat
meestal met geweervuur en talloze doden wordt gehandhaafd. Potentiële
presidentskandidaten worden vakkundig kaltgestellt. En het Westen, België
voorop, protesteert wel maar doet niets. In Kinshasa roept de minister van
Informatie dan ook geregeld dat Congo een soeverein land is waar
buitenstaanders niets te zoeken hebben.
Moeten we
dan maar de andere kant opkijken? Dat is alvast niet de mening van Alphonse
Muambi, een in Nederland wonende Congolese activist die de gebeurtenissen in
zijn geboorteland nauwgezet volgt. Congo is allang geen puur Congolees
probleem, maar een internationaal kwestie, vindt hij. In een publicatie van Pax
Christi en Broederlijk Delen naar aanleiding van de komende Vlaamse Vredesweek
pleit hij zelfs voor een Europese troepenmacht die het verkiezingsproces moet
beschermen, zoals in 2006.
Veel van
zijn landgenoten zullen het idee toejuichen. Maar op minister Vandeput hoeven
ze dus niet te rekenen. Misschien wel op Didier Reynders en Alexander De Croo,
bevoegd voor Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingssamenwerking , en hun collega’s
in de Europese Unie? Of heeft die Unie zoveel met zichzelf te stellen dat ze
zich niet met Afrika kan bemoeien? Behalve dan met Mali natuurlijk, want daar
heerst tenslotte jihaditerreur. En slaan vluchtelingen de weg naar Europa in.
Reacties
Een reactie posten